direct naar inhoud van Artikel 4 Detailhandel - Perifeer
Plan: Bedrijventerrein Emma
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0899.BPBTEmma-vast

Artikel 4 Detailhandel - Perifeer

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Detailhandel - Perifeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel in volumineuze goederen;
  • b. detailhandel (al dan niet volumineus) in de doe-het-zelf-branche;
  • c. detailhandel (al dan niet volumineus) in tuinartikelen, dierbenodigdheden, recreatieartikelen, e.d.;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel – agri' tevens detailhandel in de vorm van een tuin- en agri-detailhandelsfunctie;
  • e. groothandel;
  • f. (afhaal)magazijnen, opslag en uitstalling;
  • g. ondergeschikte kantoor-, bedrijfs- en horecafuncties, tot maximaal 20% van het vloeroppervlak, ten behoeve van de onder a tot en met f genoemde functies;
  • h. voorzieningen voor verkeer en verblijf;
  • i. parkeervoorzieningen;
  • j. tuinen, erven en verhardingen;
  • k. groenvoorzieningen;
  • l. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • m. nutsvoorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het aangeduide bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is aangegeven, met dien verstande dat indien het bestaande bebouwingspercentage meer bedraagt dan het aangeduide bebouwingspercentage, het bestaande bebouwingspercentage het maximum bebouwingspercentage bedraagt;
  • c. de goothoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' is aangegeven;
  • d. de voor- en achtergevels van gebouwen dienen evenwijdig aan de lijn ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' te worden gebouwd, waarbij de zijgevels haaks op de voor- en achtergevel dienen te worden gebouwd. Het voorgaande geldt niet voor gebouwen, die reeds ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan aanwezig waren.
4.2.2 Nutsvoorzieningen

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de oppervlakte van een gebouwen mag niet meer bedragen dan 15 m2;
  • b. de goothoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 3 m.
4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:

  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m
  • c. de bouwhoogte van schoorstenen, silo's en andere voor het bedrijf noodzakelijke bouwwerken mag niet meer bedragen dan 12 m;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 8 m.
4.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 4.2.1 onder b voor uitbreiding van het bebouwingsoppervlak tot maximaal 80% van het bouwperceel, mits dit noodzakelijk is in verband met de aard van de detailhandelsvestiging en/of bedrijfseconomische omstandigheden;
  • b. lid 4.2.3 onder c tot een bouwhoogte van maximaal 15 m, mits dit noodzakelijk is in verband met de aard van het bedrijf en/of bedrijfseconomische omstandigheden;
  • c. lid 4.2.3 onder d tot een bouwhoogte van maximaal 12 m, mits dit noodzakelijk is in verband met de aard van het bedrijf en/of bedrijfseconomische omstandigheden.
4.4 Specifieke gebruiksregels
  • a. Op eigen terrein dient te worden voorzien in de eigen parkeerbehoefte, met in achtneming van de parkeernormen die zijn opgenomen in de bijlage II bij deze regels.
  • b. Het verkoopvloeroppervlak mag niet meer bedragen dan het ten tijde van de inwerktreding van het bestemmingsplan bestaande, legale verkoopvloeroppervlak.
  • c. Opslag en uitstalling is niet toegestaan voor de voorgevellijn.
  • d. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - agri' is een detailhandelsbedrijf toegestaan met een verkoopvloeroppervlak (v.v.o.) van maximaal 4.500 m2.
  • e. Maximaal 10% van het v.v.o. mag worden gebruikt voor detailhandel in artikelen behorende tot andere detailhandelsbranches dan genoemd in artikel 4.1, mits voor elke branche een v.v.o. van maximaal 500 m2 in acht wordt genomen.
  • f. In afwijking van het bepaalde onder e mag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - agri' maximaal 20% van het v.v.o. worden gebruikt voor detailhandel in artikelen behorende tot andere detailhandels- branches dan genoemd in artikel 4.1.
  • g. De brutovloeroppervlakte van de bedrijfsbebouwing ten behoeve van het gebruik als bedoeld in artikel 4.1 a. tot en met e. dient per bedrijf minimaal 1.000 m2 te bedragen.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 4.4 onder b voor het vergroten van het bestaande, legale verkoopvloeroppervlak met maximaal 10% mits de retailstructuur niet duurzaam wordt ontwricht.