direct naar inhoud van Artikel 10 Leiding - Gas
Plan: Bedrijventerrein Haefland Rode Beek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0899.BpHaeflandRodeBeek-vast

Artikel 10 Leiding - Gas

10.1 Bestemmingsomschrijving
10.1.1 Algemeen

De voor Leiding - Gas aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:

  • a. een ondergrondse hogedruk gasvoedingsleiding ter plaatse van de aanduiding hartlijn leiding - gas;
  • b. het beheer en onderhoud van de leiding;
  • c. de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de leiding;

met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde.

10.1.2 Kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 10) zijn op de in artikel 11.1.1 bedoelde gronden geen nieuwe kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten toegestaan.

10.2 Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 10) mag:

  • a. binnen een afstand van 5 m aan weerszijden van de gasleiding geen nieuw bouwwerk worden gebouwd;
  • b. op de overige binnen de zone gelegen gronden geen nieuw bouwwerk ten behoeve van de in artikel 10.1.2 genoemde functies worden gebouwd.
10.3 Afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 10.2 onder a en/of artikel 10.2 onder b voor het toestaan van de in artikel 10.1.2 genoemde functies en het bouwen van bouwwerken ten behoeve van die functies, mits ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd en advies is verkregen van de leidingbeheerder.

10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
10.4.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 10.2 onder a bedoelde gronden de volgende andere-werken uit te voeren:

  • a. het aanbrengen van gesloten oppervlakteverhardingen;
  • b. het wijzigen van het bodemniveau;
  • c. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en/of rooien ervan;
  • d. graafwerkzaamheden anders dan normaal spitwerk, dieper dan 0,30 m.;
  • e. het uitvoeren van heiwerken en/of het indrijven van scherpe voorwerpen in de bodem, dieper dan 0,30 m.
10.4.2 Uitzonderingen

Het lid 10.4.1 bepaalde is niet van toepassing voor:

  • a. werkzaamheden, normale onderhoudswerkzaamheden zijnde;
  • b. het rooien of vellen van bestaand houtgewas in het kader van normale verzorging en onderhoud;
  • c. werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
  • d. werken of werkzaamheden binnen het kader van de normale bodemexploitatie en bodemgebruik;
  • e. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, vrijstelling of anderszins mogen worden uitgevoerd.
10.4.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden als bedoeld onder lid 10.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien hierdoor geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de bedrijfsveiligheid van de betreffende leiding.

10.4.4 Nadere bepaling

De omgevingsvergunning als bedoeld in lid 10.4.1 wordt slechts verleend, nadat terzake advies is ingewonnen van de beheersinstantie van de bedoelde leiding; de beslissing met betrekking tot de omgevingsvergunning wordt aan de beheersinstantie meegedeeld.